Bij het kennismaken met vreemde dieren zijn er twee factoren: dat andere dier (de kat, hond, kip, konijn) en jouw hond zelf. Om die kennismaking positief te laten verlopen, is het zaak dat de andere dieren gewend zijn aan honden. Je hebt er niets aan om je hond te laten
wennen aan een schaap dat uit angst al blatend alle kanten op rent!
In de video’s met Wiebe en Lilly zie je hoe je dat met een aantal dieren kan doen en deze dieren zijn volledig gewend aan de hond.
Wat je vooral niet gaat doen is om de hond en het vreemde dier fysiek met elkaar kennis te laten maken, dus bijvoorbeeld aan het andere dier zijn kop laten snuffelen. Je wilt tenslotte niet dat je hond elk schaap, elk paard of elke kip die hij ziet gaat benaderen om even aan te raken. Afstand houden is dus in de aanleerfase erg belangrijk!
We gaan eerst kijken welke afstand voor de hond én voor de andere dieren nog oké is, waarbij de andere dieren nog leuk zijn voor de hond. In de video zie je andere dieren die zich niets aantrekken van de hond en we benadrukken nogmaals dat je hier echt rekening mee houdt als je zelf aan de slag gaat. Een paard dat op hol slaat door het geblaf van je hond kan een negatieve associatie worden voor de hond, net als een kip die in zijn neus pikt. Het nieuwe/andere dier wás sowieso al spannend, en als er dan ook nog dit soort situaties worden uitgelokt wordt het alleen maar enger. Heb je zelf geen andere dieren in je omgeving waar je mee kan oefenen, vraag dan eens na bij een kennis, buurman, collega et cetera. Kijk of je een locatie kunt vinden waar je voldoende afstand kunt houden, zoals een weiland met andere dieren zodat je stapje voor stapje dichterbij kunt komen en er voor de andere dieren ook meer dan genoeg ruimte is.
Heb je zelf een ander dier in huis, zoals een kat, cavia of hamster, dan moet je dus beide dieren goed begeleiden. Je wilt niet dat je hamster de rest van zijn leven doodsbang is voor je hond omdat je de hond hebt toegestaan om zijn kop in de kooi te steken. De kennismaking moet comfortabel en veilig zijn voor beiden. Jij fungeert als het ware als scheidsrechter, die vertelt wanneer iets helemaal prima is, of die ingrijpt als het niet gewenst is of niet veilig voor beide dieren. Bouw dit in kleine stapjes op en zorg voor een positieve associatie, zodat het voor beide dieren oké is. En dat duurt misschien een paar weken (of langer, afhankelijk van je hond en de andere dieren), maar je hebt er de rest jullie
leven heel veel profijt van. Begeleid je hond in alles wat normaal mag zijn en wat oké is in de omgang met andere dieren.
In de volgende video zie je hoe dit is aangepakt met Wiebe en Lilly. Veel kijkplezier!